De herberg na Cruz de Ferro leek op het Fawlty Towers hotel. Er klonken overal geluiden, die ik niet herkende.
Het personeel keek met draaiende ogen. En snelden met schichtige bewegingen zonder duidelijke bestemming heen en weer.
Als we drank uit de frisdrankautomaat haalden, deden we een paar stappen terug. Bang dat deze zou exploderen.
Midden in de nacht bezorgde dat ons de slappe lach. Maar we vonden het ook een beetje eng.
De start op de 14e dag was zwaar.
De kilometerslange afdaling van de vorige dag na Cruz de Ferro had zijn tol geëist.
Toen rolden voortdurend de stenen onder me weg. Ik voelde spieren waarvan ik het bestaan niet kende. Daar heb ik nu flinke last van.
Na 3 km ontmoette ik mijn Duitse engel in mannelijke vorm weer. Zonder erg in details te treden behandelde hij een dikke blaar. Die zat onder mijn nagel.
De pijnlijke druk is gelukkig weg. Maar mijn nagel viel als een herfstblad van de bomen in Nederland. God, wat lijkt thuis ver weg.
Vandaag voelde ik dat ik geen Pelgrimvrouw meer speelde maar er een ben. Ik loop met een glimlach.
Na de zware dag wachtte me een fantastische 4 persoonskamer. Mèt lakens. Wow!!
We hebben veel lol met zijn vieren. Met 'Its a long way to tipperary..' en 'These boots are made for walking... 'houden we de moed er goed in.
Op dag 15 luisterde ik goed naar mijn lichaam. En ik besloot...om mijn rugzak vooruit te sturen.
Ik liep met teva sandalen en wandelsokken.
Af en toe wisselde ik ze af met mijn schoenen. De weg was godzijdank gladde asfalt. Had ik aanvankelijk nog zo veel pijn dat ik dacht dat mijn camino voorbij was, al met al had ik een goede wandeldag.
Ik heb er wel eens charmanter uitgezien maar de sandalen helpen! Loslaten op de camino krijgt een betekenis erbij.